De dag van de diëtist: elk jaar een mooi moment om even stil te staan bij ons vakgebied. Vorig jaar blikte ik in mijn blog terug op de ontwikkelingen die de diëtist in de loop der jaren had doorgemaakt. Dit keer wil ik juist een blik op de toekomst werpen.
Ik weet nog dat ik als kind met een gevoel van magie keek naar het jaar 2020. Dat voelde eindeloos ver weg en ik was ervan overtuigd dat we tegen die tijd allemaal konden vliegen, dat alles automatisch ging en dat we op vakantie konden naar Mars of Pluto. Ik denk dat ik iets teveel tekenfilms had gekeken, want ik moet helaas nog steeds een vlucht boeken om de wereld van bovenaf te kunnen aanschouwen. Wel hebben er op allerlei vlakken grote ontwikkelingen plaatsgevonden, ook op voedingsgebied.
Als je 10 jaar geleden een vleesvervanger wilde eten, was het ofwel smaakloos of je moest een liefhebber zijn van kartonsmaak. Veel keuze was er niet en hetgeen er wel was, was bepaald geen delicatesse. In dat opzicht is er veel veranderd, gelukkig maar. En daarnaast hebben we uiteraard ook nog vleesvervangers zoals ei, noten of peulvruchten waar heerlijke gerechten mee te maken zijn.
Je ziet dat in de media de aandacht voor duurzaamheid van de voeding toeneemt. Een goede ontwikkeling, want langzaamaan raken de voorraden van onze aarde uitgeput en als we op deze manier doorgaan, is de toekomst van de mensheid verre van zeker. Klimaatverandering, pandemieën, uitputting van de aarde… De berichtgeving hierover is niet hoopgevend. Dat maakt dat het noodzakelijk is om ook vanuit de voedingswereld op een andere manier naar ons eten te kijken. Wat wordt het eten van de toekomst? Je merkt nu al dat de vraag naar vegan producten toeneemt. Verder zullen we ook producten gaan eten die nu voor velen nog een ver-van-mijn-bed-show zijn. Denk aan algen, insecten, 3D-geprint voedsel, kweekvlees…
Ik denk dat het een goede ontwikkeling is om onze horizon te verbreden. Tegelijkertijd moet ik eerlijk zeggen dat ik zelf ook even drie keer moet slikken als ik straks mijn zo geliefde nasi met kipsaté zou moeten inruilen voor een bordje algen, een 3D-geprinte aardappel en een handjevol sprinkhanen.
Dat er iets moet veranderen, is zeker. Hoe dit in de praktijk zal verlopen is nog uiterst ónzeker. Een eerste stap voor iedereen is om in ieder geval zo af en toe eens kritisch te kijken naar wat je eet en welke stappen je zelf kan zetten. Grote veranderingen roepen vaak weerstand op, maar alle kleine stapjes samen zijn ook heel waardevol. Zo heb ik zelf ontdekt dat ik de vegetarische kip lekkerder vind dan de gewone kip. En inmiddels weet ik ook heel goed mijn weg te vinden in het schap met vleesvervangers. Groente eet ik het liefst lokaal en biologisch: uit de moestuin van mijn zus. Want ja, lui ben ik dan weer wel… Het zelf verbouwen hiervan gaat me voor nu nog een stapje te ver. Maar zeg nooit nooit, want eerlijk is eerlijk… ik heb nog nooit zulke lekkere tomaten op als die van haar!